Het OneStop-Travel-Team is gaan eilandhoppen naar Bali, Komodo, Rinca, Lombok en Flores.
Een van de doelen van deze Bali, Komodo, Rinca vakantie: de gevaarlijke Komodo-varaan spotten!
Lees ons Bali, Komodo, Rinca reisverslag en geniet met ons mee van deze geweldige reiservaring.
Op 27 juli 2012 komen we aan op Bali Nusa Dua, na ongeveer 23 uur vliegen met Singapore Airlines.
We hebben een tussenlanding op Singapore gemaakt, maar vliegen met Singapore Airlines maakt veel goed, wat een zalig eten, wat een service, ongelofelijk!!!!!
Chauffeur en gids brengen ons naar Hotel Bali Khama Beach Resort, waar we in het donker, om een uurtje of tien aankomen.
Opvallend is dat de mensen op Bali erg vriendelijk zijn en het ruikt heerlijk, naar kretek, wierook en geurolie.
Opmerkelijk zijn ook de vele vliegers, de schaaltjes met bloemenoffers en de offers die gebracht worden voor de bergen in de vorm van bamboestokken met kleurrijke, wuivende slierten eraan.
De oprijlaan van het Hotel Bali Khama Beach Resort is magisch groot en groen, de receptie verstild in haar schoonheid.
Gelukkig kunnen we nog even lekker wat eten: in het buitenrestaurant met de voetjes in het witte zand.
De warmte valt hier als een klamme deken om je heen, heerlijk!!!!
Onze eerste dag op Bali maken we een excursie naar het schildpadeiland, waar schildpadden gefokt worden om later weer in de natuur losgelaten te worden. Het lijkt meer op een kleine dierentuin.
Je mag door de bassins met schildpadden lopen, maar je loopt dan wel het risico dat ze je enkels voor een zeekomkommer aanzien....AU!
’s Middags gaan we op pad naar de Uluwatutempel. Deze tempel ligt op de hoge rotsen aan de westkust van het schiereiland Bukit Badung en is gewijd aan de geesten van de zee.
Uluwatu is een van de oudste tempels op Bali en werd gebouwd in de 10e eeuw.
De gids waarschuwt ons: geen losse dingen meenemen, want die worden gegarandeerd gestolen door de apen.
Geen zonnebrillen en sieraden dus. We komen de apen (Makaken) gelijk al tegen en ze zijn inderdaad heel brutaal!!!
De jonge aapjes zijn zo aandoenlijk, bekijk het filmpje op YouTube:
Bij de tempel brengen gelovigen channa-offers: bloemetjes, rijst, wierook en koekjes in palm- of bananenblad.
De apen maken er een potje van.
Schaamteloos worden we door de apen bekeken en op waarde geschat. Hebben we iets bij ons wat zij kunnen gebruiken?
Wij denken dat we dat niet hebben, maar voor we het weten, is het aapje van mijn Kiplingtasje gestolen en heb ik het aan de stok met een stevige macho.
Als ik het oranje aapje terug wil pakken, krijg ik een haal van zijn klauw en een paar scherpe tanden te zien.
Het aapje wordt zorgvuldig gemold.
Meer dan tachtig procent van de Balinezen is hindoe.
Overal zijn apen en de mensen zijn vriendelijk, je mag iedereen fotograferen, niemand doet moeilijk, sterker nog, mensen willen graag op de foto en vragen daar zelfs geen geld voor, een vreemde maar bijzonder prettige ervaring!!!!
De staat stelt godsdienst verplicht en je kunt kiezen uit hindoeisme, boedhisme, islam of christendom.
Tijdens het offeren kun je best even je sms checken!
Een flipflopslipper is natuurlijk ook leuk! Onderhandelen is mogelijk!!! In ruil voor een banaan of wat nootjes krijg je je spullen terug. Als de aap akkoord gaat met jouw bod, tenminste.
Het uitzicht over zee is adembenemend! Jammer dat die apen zo hinderlijk in de weg zitten (of liggen) bij de foto!
We maken verschillende diefstallen door apen mee. Wat wordt er zoal gejat? Zonnebrillen zijn toch wel de favoriet.
Ze genieten zichtbaar van hun overwinning!
Met zonsondergang verlaten we Uluwatu. Een aapje armer en een infectie door de beet rijker.
We eten twee avonden in restaurant Bumbu Bali, dat een voortreffelijke keuken heeft!
Op 29 juli hebben we een transfer naar de luchthaven van Denpasar en vliegen we in 55 minuten van Bali naar Labuan Bajo op Flores. Hier is het bloedheet. We worden door onze gids opgewacht en naar de haven gebracht.
We halen bier voor de crew (schipper, maatje, 2 koks, gids en wij) en installeren ons op de primitieve boot waar we gelukkig wel een eigen hut hebben. We zijn zelfs de enige gasten op de boot!
De komende drie dagen zullen doorbrengen op deze boot en zullen we Rinca en Komodo bezoeken, de eilanden waar de reuzevaranen te vinden zijn. Behalve de excursies op de eilanden, gaan we de onderwaterwereld van dit gebied verkennen. Onze Komodo en Rinca cruise gaat beginnen!
Dit hele eilandengebied staat bekend om de gevaarlijke en sterke stroming.
We varen eerst met de boot naar Pink Beach, waar we gaan snorkelen.
Het water is glashelder en er zijn schitterende koralen te zien. Ook zien we een oude bekende: Titan Trigger Fish.
Deze vissen hebben ons aardig schrik aangejaagd op de Malediven, maar in deze tijd van het jaar zijn ze gelukkig heel rustig en niet in een agressieve bui.
Pink Beach heeft zijn naam te danken aan de rozerode koralen die hier veel aanwezig zijn.
Paars, wit, blauw, dieprood, je kijkt je ogen uit door de felle kleuren van het koraal.
En ook de visjes voelen zich hier aardig thuis! We zien heel veel papagaaivissen tussen het prachtige koraal zwemmen.
Brutale maanvissen komen een kijkje nemen.
Boven sommige koraalplateaus zie je scholen kleine blauwe visjes. Die bewegen prachtig synchroon.
Maar ook erg hipgekleurde vissen treffen we hier aan, zoals de bekende papagaaivissen.
En wat vind je van de knalblauwe zeesterren?
Het water is helder en de zon schijnt, schitterend weer dus voor foto's.
Je kunt hier uren rondzwemmen en steeds zie je weer wat anders!
Gelukkig is het koraal in Pink Beach nog ongerept. Soms geloof je je ogen niet, de kleuren van het koraal zijn echt ongeëvenaard.
Na onze snorkeltocht bereidt onze privékok een heerlijk vegetarisch maaltje voor ons met een ongelofelijke hoeveelheid knoflook. Hopelijk is dit geen bezwaar voor de varanen vanmiddag.
En we worden overvoerd met de heerlijkste smoothies!
Na de middag varen we door naar Komodo. Omdat de stroming vandaag heftig is en gevaarlijk, wordt het programma aangepast en doen we eerst Komdodo en morgen het eiland Rinca.
Komodo behoort tot de Kleine Soenda-eilanden.
Op het eiland Komodo is slechts één dorp, Kampung Komodo, dat ontstaan is, doordat criminelen hier naartoe werden verbannen.
Nu wonen hier 2000 islamieten, christenen en hindoestanen in perfecte harmonie met elkaar en in redelijke harmonie met de varanen. Deze grootste hagedis ter wereld komt uitsluitend voor op Komodo, Rinca en Padar.
Het hele gebied is nu natuurpark en beschermd gebied.
Op Komodo aangekomen, lopen we naar het bezoekerscentrum waar we uitleg krijgen over de varaan, de mythe die erachter zit en de slachtoffers die hij heeft gemaakt.
Deze dieren kwamen, door de Nederlander Van Hensbrack, in 1911 voor het eerst in het nieuws. Hij ving tijdens een expeditie met het KNIL op Komodo enkele exemplaren.
De Komodovaraan stamt waarschijnlijk af van de dinosaurus.
De herten die over het hele eiland lopen, zijn voedsel voor de varanen. Een hert wordt door een of meerdere varanen in één keer gedood. De herten hebben geen idee van het gevaar van de varanen.
Onze gids heeft een gevorkte stok bij zich om eventueel hongerige varanen op een afstand te houden.
Op Komodo komt de kakatoe veelvuldig voor. En het is heel erg leuk om deze dieren te observeren.
Maar... een waarschuwing is hier op zijn plaats: Pas op dat je niet te veel aan het vogelspotten bent, want dat kan heel erg fout aflopen.............................................!
De Zwitserse Baron Rudolf von Reding Biberegg is als vogelliefhebber door een varaan gedood in 1975.
Hij lette meer op de vogels en raakte de groep kwijt. Alleen zijn hoed, camera en met bloed besmeurde schoen werden later teruggevonden.
Het gevaarlijkste aan de varaan is zijn bek. Hij heeft ruim tachtig bacteriën in zijn bek, maar dodelijk is uiteindelijk het gif dat hij produceert, dat bij een beet tot bloedvergiftiging leidt.
Naast de gevaarlijke beet kan de komodovaraan met zijn dikke, korte en gespierde staart een klap uitdelen die een indringer in één keer uitschakelt. Een volwassen varaan kan drie meter lang worden en met alle gemak een mens doden.
Varanen zijn kannibalen, ze eten hun jongen op als ze de kans krijgen en ook verorberen ze overleden soortgenoten.
Om deze reden rennen pasgeboren varanen direct na de geboorte de boom in om er pas weer uit te vallen als ze te zwaar worden en de takken van de boom het gewicht van de jonge varaan niet meer kunnen dragen.
Erg vriendelijk reageren ze ook niet op elkaar. Als de mannetjes te dicht bij elkaar in de buurt komen, gaan ze blazen,
kijk maar naar deze YouTube filmpjes:
Na een wandeling over het eiland Komodo keren we terug naar de boot waar we een leuke nacht tegemoet gaan met Sjakie de kakkerlak. Beestjes zijn niet eng, maar als ze hard op je af komen rennen, wordt het wel minder leuk!
Als we wakker worden, begint de boot ook direct te varen. We vertrekken richting Rinca. Daar aangekomen gaan we eerst ontbijten met stevige knoflooknasi en roerei met groente en vers fruit. Het eten is overheerlijk, maar voor een ontbijt wel een beetje vreemd. Bij de steiger aangekomen worden we (on)aangenaam verrast door een transistorradio waaruit hard 'Una Paloma Blanca' van George Baker galmt. Een vreemde ervaring!
We lopen met de gids door over een stukje van het eiland. Onderweg passeren we langstaartmakaken, die elkaar lekker aan het vlooien zijn. Op dit eiland bevinden zich veel meer varanen, ook wel 'ora' of 'dragons' genoemd, dan mensen.
Al snel zien we een groepje varanen in de buurt van het bezoekerscentrum. Ze lijken half tam, maar de gids waarschuwt ons: deze mannen van ruim 90 kilo kunnen onverwacht hard rennen en opeens toeslaan.
De dieren mogen al een aantal jaren niet meer bijgevoederd worden en moeten echt zelf jagen.
Als de mannen te dicht bij elkaar in de buurt komen, beginnen ze te blazen, een grappig geluid. Vechten doen deze dieren staand op hun achterpoten. En dat gaat er, met hun scherpe klauwen, hard aan toe.
Onze ranger leidt ons twee uur lang door de savanne van Rinca en al snel ontdekken we twee varanen in een modderpoel. Met hun uitgestoken, gespleten tong nemen ze ons waar via feromonen. Hun tong is dus hun reukorgaan.
We moeten langs de varanen, maar dat valt niet mee, want rechts van ons is een enorme berg.........…..er is nauwelijks een meter tussen onze voeten en hun bek, dus de gids houdt de tweetand in de aanslag.
Heel spannend, maar het beest verroert geen vin:
De onderkaak van een varaan is zo beweeglijk dat hij grote stukken vlees zonder kauwen, met botten en al, doorslikt.
De sterke maagsappen verteren de prooi in zijn geheel. We zien een waterbuffel die verstoten is van zijn groep en ons vriendelijk, maar schattend aankijkt, hij staat bij de drinkplaats en loopt daar ongelofelijk veel risico om gepakt te worden.
Een varaan kan een buffel niet in een keer doden. Hij wacht daarom tot de buffel doodbloedt, nadat hij hem gebeten heeft en het gif en de bacteriën uit de bek van de varaan hun werking hebben gedaan. Wat een akelig idee!
Zo'n kipje zal niet veel meer dan een borrelhap zijn voor een varaan. We beklimmen een behoorlijke heuvel en van de top af hebben we schitterend uitzicht over de baai van Rinca. Het weer is mooi, er zijn wel wat wolkjes, maar het is bloedheet en windstil. De tocht de berg op en af is pittig.
Het landschap van Rinca is ruig, heuvelachtig en erg droog. We passeren lontarpalmen, waringins en een enkele orchidee in het nattere gebied.
Rinca is erg mooi en indrukwekkend, het uitzicht over de zachtblauwe zee onwerkelijk.
En ook met ondergaande zon zien de eilanden van de indrukwekkende 'dragons' er sprookjesachtig uit.
In Flores is meer dan 90 procent van de bevolking katholiek.
We bezoeken een stoffige, halfoverdekt markt, direct naast een vuilnisbelt.
Ze verkopen hier veel authentieke groente, maar ook kip, tahoe en tempe, alles zonder koeling en overal zie je vliegen.
Omdat het zondagochtend is, is het rustig, er zijn nu alleen moslims, de katholieken zijn naar de kerk.
We passeren mensen die water hebben gehaald in enorme tonnen. Er is hier gas en licht, maar geen waterleiding in de huizen. Het gekke is dat je overal schotelantennes ziet, ieder huis heeft tv, maar geen water, vreemd!
Na de markt gaan we door naar het manggaraivolk, waar het opperhoofd ons welkom heet.
In het huisje volgt een welkomstritueel, waarbij onze gids als tolk optreedt. We moeten een welkomstkruid in ons mond doen dat bestaat uit drie verschillende plantenonderdelen en verschrikkelijk bitter is. Na erop gekauwd te hebben, mogen we het wel uitspugen. De manggarai volgen onze blikken, maar wij kauwen keurig. Hierna krijgen we een kommetje van een of andere uitgeholde vrucht met daarin gefermenteerd palmsap. Na de bittere smaak is dit een aangename mondspoeling.
Dan gaan we naar buiten en volgt de dans die uit drie delen bestaat: een oorlogsdans door als dieren uitgedoste mannen die een gevecht en verzoening uitbeelden, een dans van de dames op het ritme van trommels en gongs en een dans met bamboestokken op de grond, waarbij sommige dames er behendig tussendoor springen.
De manggarai nodigen ons uit om mee te dansen. Gelukkig is er altijd een fotograaf nodig........
De natuur is hier schitterend: varens, hertshoorn..........
Cacao en ananas groeit hier in het wild.
De huisjes zijn van golfplaten.
Onderweg passeren we rijstvelden in verschillende stadia. Bij de huizen liggen enorme zeilen met daarop rijstkorrels te drogen.
Deze grot is zo genoemd vanwege de schittering die de kristallen afgeven als om 12 uur het licht erop schijnt.
We betreden de grot via kleine en gemene sluipdoorkruipdoorgangetjes en we zien al snel de kristallen.
Letterlijk en figuurlijk schitterend!!!!
Verder zien we een fossiel van een zeeschildpad en vleermuisjes die helaas door ons wakker gemaakt worden.
Ze vliegen weg als we licht op hen richten.
Miljoenen jaren geleden was dit gebied onderdeel van de zeebodem.
Een gigantisch grote, giftige zwarte spin met blauwe oogjes staart ons aan.
Hij kruipt snel weg als we de zaklantaarn op hem richten.
In de grot hangen de wortels van de banyantree, de belangrijkste boom. (ficus).
De wortels worden gebruikt voor thee.
's Avonds komen we er eindelijk achter wat toch al twee avonden dat grappige, harde geluid maakt na zonsondergang.
Het is het typische 'klik'geluid van een grote luipaardgekko!
Maandag 1 augustus vliegen we van Flores terug naar Bali. We hebben het behoorlijk aan de stok met het personeel op de luchthaven van Labuan Bajo. We mogen opeens maar 15 kg per persoon meenemen, dus dat betekent bijbetalen.
Daar komt nog bij dat we zelf ook op de weegschaal worden gezet, wat we nog nooit ergens hebben meegemaakt.
We komen om tien voor tien aan in een paradijslijk hotel in Pemutaran: Taman Sari.
We hebben een bungalowtje met zwembad en buitenchillruimte.
Ook de ingang naar ons huisje is heel mooi.
De tuin staat vol met kamerplanten.
De de buitenbadkamer is een genot, spannend hoor, buiten douchen!
In het restaurant wordt wierook gebrand voor de goden. De tafeltjes staan op het strand.
Heerlijk, dineren met je voetjes in het zand.
Vandaag gaan we de onderwaterwereld verkennen bij Menjangan Island, onderdeel van het Bali Barat Nationaal Park.
Menjangan Island is en snorkelmekka met een rijke variatie aan tropische, kleurrijke vissen en een diversiteit aan harde en zachte koralen.
We varen langs het schitterende Menjangan Jungle Resort.
In 1941 werd het Bali Barat National Park benoemd tot nationaal park. Gelukkig maar, want de visvangst ging tot die tijd allesbehalve natuurvriendelijk. Explosieven werden in het koraal aangebracht om de vissen naar één plek te drijven.
Helaas is nog steeds niet al het koraal hersteld.
'Sommige stukken zijn saaigrijs, daardoor valt wel onze grote vriend Titan Trigger Fish goed op!!
Gelukkig heeft hij nu geen nestje, dus valt hij niet aan.
Maar we vinden zijn verschijning toch stiekem wel een beetje eng.
Onze snorkelgids is een waterrat. Hij neemt het fototoestel maar even over om wat supershots te maken van heel dichtbij.
Wat is dit nu? Zandwormen?
En een hippe stippeltjesmorene!
Ook de porcupinevis laat zich zien (rechtsonder), maar hij is heel verlegen!
En we zien zowaar een koraalduivel (lionfish) boven een enorme oester!
En een twiggyvisje en dan..............de echte morene met blauwe oogjes!!
Hij heeft een hoog muppetgehalte, maar je moet echt voor hem oppassen.
De onderwaterwereld van Menjangan is adembenemend!
Op de terugweg komen we langs een eilandje waar een reusachtige Shiva zit.
Loom van het snorkelen en de onstuimige terugtocht (er waren flink wat golven!) lopen we terug naar ons huisje.
Het is hier veel te leuk, we willen hier niet meer weg!
Nog even wat avondfotootjes dan: van de omgeving en het restaurant.
En natuurlijk van ons huisje en de chillruimte buiten.
De volgend ochtend na het ontbijt vertrekken we naar Gili Trawangan, het grootste eiland van de drie Gili-eilanden.
De andere eilanden zijn Gili Air en Gili Meno.
We moeten eerst zeven uur rijden van het ene uiterste puntje van Bali naar het andere. We komen langs de vele rijstvelden van Bali.
Midden op Bali ligt een berg, vanwaar je schitterend uitzicht hebt over een meer. Op het hoogste punt dwarrelen honderden vleermuizen door de lucht, rakelings langs de auto.
Vanaf Bali Denpasar vliegen we naar Mataram op Lombok. Lobmok is een moslimeiland en dat merk je direct aan de de vele moskeeën. We komen in het donker aan bij de kust en wachten daar op het speedbootje van ons hotel: Villa Ombak.
De speedboot ploegt door enorme golven en we worden aardig nat. We komen bij Gili Trawangan aan, maar het is een 'wet landing': geen steiger, dus schoenen uit.
Gelukkig hoeven we ons niet te bekommeren over onze bagage. Bij hotel Ombak worden we verwelkomd met een aardbeiendrankje en veel muziek, lampjes, gelach en mensen. Het is hier een drukte van jewelste. We moeten na alle rust echt even een knopje omzetten: wat een herrie hier!!!!!
Dat ziet er leuk uit! Ons huisje (rechts) is wel ieniemienie, maar erg knus.
Beneden is er een buitenbed en ook het douchen gebeurt hier buiten. Even wennen is dat het water hier uit de kraan zout is. De reden hiervoor is het milieu te beschermen (het is geen zeewater, maar zoet water waaraan zout is toegevoegd).
In de douchetuin staat een dadelboom. De verse dadels smaken heerlijk!
De tuin en het zwembad zijn zeer goed onderhouden en nodigen uit een verfrissende duik te nemen.
Het strand is breed en hagelwit, de temperatuur loopt hier aardig op. Op dit idyllisch eilandje is slechts één weggetje waar alleen een paar paardentaxi's en een enkele fietser rijden.
Zo druk als het 's avonds bij de restaurantjes en barretjes is, zo rusitg is het overdag! Letterlijk een verschil van dag en nacht!!!
Alle restaurantjes en barretjes liggen direct aan het strand.
Vanaf de eerste dag hebben we een uitstekend Italiaans restaurant ontdekt. Wel lekker na al dat Indisch eten!
Lunchen met uitzicht op zee, in de verte zien we Lombok liggen.
De vegetatie, bestaande uit cacutussen, kokospalmen en bloeiende bomen maken het vakantiegevoel compleet.
Tussen de middag schelpen zoeken op het verlaten strand, of een ritje maken in de paardentaxi. Gelukkig zien de paarden er goed verzorgd uit, maar we lopen liever een stukje.
Niet iedereen is op het middaguur wakker, sommigen houden een siesta.
Na een nachtje in ons huisje op palen gaan we op excursie. We gaan naar Gili Air! In de ochtend varen we weg van Trawangan met een glasbodemboot.
De Gili-eilanden vormen tezamen een 3000 ha. groot onderwaterpark met (alweer!!) witte zandstranden, kleurrijke koralen en tropische vissen.
We lunchen op Gili Air bij restaurant Paradiso. Geen idee waarom dat zo heet.
Er is geen kip te bekennen. Na de heerlijke lunch bij restaurant Paradiso gaan we snorkelen.
En al heel snel zien we wat we zoeken: een enorme zeeschildpad.
Erg verlegen is hij niet, dus we volgen hem een eindje.
Het is niet gemakkelijk om de zeeschildpad te volgen, want de stroming is pittig.
Hij lijkt er een spelletje van te maken.
Op een gegeven moment is hij toch te snel en verdwijnt hij de diepte in.
Onze snorkelgids laat een reuzenoester zien.
We zien een picassotriggerfisch.
En ook hier zijn de koralen mooi en fel van kleur.
Opmerkelijk in dit gebied is de aanleg van 'Biorock' , een soort klimrek voor koraal. Het gaat heel slecht met de koraalriffen. Veel riffen zijn op sterven na dood en het biorock moet zorgen voor herstel.
Het biorock zorgt voor steun, maar dat is niet het enige. Doordat er stroom door het frame loopt, opgewekt door een zonnepaneel, zet kalksteen zich af op het frame door elektrolyse. Hier hechten de koraaldiertjes
zich vervolgens op.
Na onze snorkeltocht is het heerlijk relaxen bij het zwembad.
Tegen zonsondergang lopen we naar de zuidpunt van het eiland om samen met een heleboel vrolijke mensen de zonsondergang te zien.
En dat doen we natuurlijk onder het genot van een lekkere strawberry margarita. ;-)
Behalve drankjes kun je hier ook paddestoelen kopen. Voor de lekkere vegetarische trek dus, maar zo'n honger hebben we niet. Het is eb geworden en de zee is heel ver weg.
En dan komt dat magische moment!
Dit is onze laatste avond op Gili Trawangan. Het is hier geweldig!!!
Nog een paar avondfoto's maken in ons Hotel Vila Ombak en dan ons mandje in.
En ze hebben hier ook bomen met kerstverlichting!
Met de speedboot verlaten we Gili Trawangan om een paar dagen rond te kijken op Lombok.
Het weer is al die tijd stralend. De zon schijnt uitbundig.Onze chauffeur brengt ons in een uurtje naar ons hotel.
Het vee loopt hier los, we komen een koeiengezinnetje tegen. Bio-industrie kennen ze hier niet.
Senggigi Beach is gelegen aan de westkust van het eiland Lombok. Senggigi staat bekend om zijn prachtige baaien,
die omringd worden door palmbomen.
We verblijven twee nachtjes in hotel The Santosa Villas & Resort
Wederom treffen wij een geweldig hotel, met een enorme oprijlaan met fraaie waterpartijen.
De huisjes zijn enorm groot, er is zelfs een aparte ruimte voor de koffers.
Een enorm zwembad ligt pal aan het strand. Maar veel leuker is natuurlijk ons privézwembadje in onze achtertuin.
Het is geen straf om hier twee dagen door te brengen.
Aan de achterkant bij ons zwembad is een enorm loungebed in de schaduw.
En ook 's avonds ziet het er hier sprookjesachtig uit!
De tuin van het hotel staat vol met exotische planten.
Passiebloem, bougainvillea en tropische lelies bloeien uitbundig.
Alles in dit hotel is tot in de puntjes verzorgd.
Sengiggi Beach is een redelijk grote badplaats met ruime keus aan overheerlijke restaurantjes.
Mooi opgemaakte gebakken rijst en smakelijke curry! Voor vegetariërs is het hier een feestje!
Een wandelingetje door de hoteltuin 's avonds is de moeite waard.
Het zwembad ligt er uitnodigend uit.
Het hotel lijkt 's avonds helemaal verlaten.
Op het strand nog even genieten van de zonsondergang en een piña colada.
En dan de volgende ochtend toch echt voor de laatste keer deze vakantie: snorkelen.
En nu zien we weer andere vissen: lange dunne met snuitjes, ze zwemmen aan de oppervlakte.
Mooie koralen met de bekende zwermen blauwe visjes er in en er boven en een koffervis.
En een Picasso Triggerfisch.
Vanaf het strand is er prachtig uitzicht op buureiland Bali en de Gunung Agung vulkaan.
Jammer dat het alweer de laatste dag is hier.
Op dinsdag 9 augustus vliegen we in twintig minuten van Lombok terug naar Denpasar-Bali.
In ongeveer drie kwartier worden we naar Sanur gebracht, waar we overnachten in het Mercure Sanur Hotel.
De lobby is schitterend, het personeel overvriendelijk en behulpzaam.
En ook hier weer de offerbloemetjes en de wierookstokjes om de goden gunstig te stemmen.
Ook in de tuin offerplateautjes met bloemetjes en rijst.
Het is een aardige tippel naar ons paviljoen, langs geurende bloemen en waringinreuzen.
Het ziet er zo vreedzaam uit, maar dit gebied is helaas tsunami-risicogebied.
Ook hier ligt het zwembad pal aan het strand.
Typerend voor deze streek zijn de felgekleurde vissersbootjes waar het witte zandstrand vol mee ligt.
Warung Art Café ligt direct aan de overkant van het Mercure Hotel en volgens de reisboeken is dit restaurantje, waar ze ook kunst verkopen, zeer de moeite waard.
De gado gado is erg lekker! Maar dat is niet het enige waar we voor komen...................
Rasta, de huisvleermuis, heeft 15 jaar geleden zijn vleugel gebroken en woont sinds die tijd hier,
in het Warung Art Café..
We verblijven twee nachtjes in hotel The Santosa Villas & Resort
Hij vindt het prima, want hij wordt goed verzorgd met lekkere fruithapjes en lijkt het uitstekend naar zijn zin te hebben.
Dan draait hij zich opeens om en begint te plassen, we kunnen nog net op tijd een stap opzij doen.
Een andere attractie hier is dr. Fisch.
Je moet niet al te kietelig zijn, want je voelt dit geknaag aan je voeten goed!
We bestellen een heerlijke arak ginger mojito en dan is het tijd om afscheid te nemen van Bali en Indonesië.
We kijken terug op een zeer ontspannen vakantie met dit jaar een extreem hoog loungeniveau.
Het was een zalige vakantie!